wat te doen
Geplaatst: 28 jul 2017, 20:17
Mijn partner heeft sinds een half jaar de diagnose fibromyalgie gekregen. Nu hebben we niet een hele goed relatie hij heeft mijn ms nooit zo serieus genomen..
Hij schoof mij onderstaande lijst onder de neus met daarbij dat is wel wat anders dan ms he! :(
2. Koude handen en voeten
3. Hoesten, kuchen
4. Trek in koolhydraten
5. Vertraagde reactie op fysieke activiteit of stressvolle gebeurtenissen
6. droogheid van de ogen en / of mond
7. Oedeem
8. Familielid (of leden) met Fibromyalgie
9. Vermoeidheid, verergerd door lichamelijke inspanning of stress
10. Vaak een koud gevoel
11. Vaak een warm gevoel
12. Frequent zuchten
13. Hartkloppingen
14. Heesheid
15. Hypoglycemie (bloedsuikerspiegel daalt of is laag)
16. Verhoogde dorst, trek in vocht
17. Lage bloeddruk (onder 110/70)
18. Lage lichaamstemperatuur (onder 36.)
19. Milde koorts
20. Nachtelijk zweten, transpireren tijdens de slaap
21. Gewrichten maken geluid, zoals knarsen of knakken - met of zonder pijn
22. Slechte bloedcirculatie in handen / voeten
23. Overvloedig zweten
24. Terugkerende griepachtige ziekte
25. Kortademigheid met weinig of geen inspanning
26. Ernstige neusallergieën (nieuwe of verergering van allergieën)
27. Keelpijn
28. Subjectieve zwelling van ledematen - (voelt gezwollen, de huisarts kan niets vinden)
29. Natte lichaamsdelen door het zweten
30. De symptomen worden verergerd door vliegreizen
31. De symptomen worden verergerd door stress
32. De symptomen verergeren door temperatuurveranderingen
33. Gevoelige of opgezwollen lymfeklieren, vooral in de hals en oksels
34. Tremor (spiertrekjes) of beven
35. Onverklaarbare gewichtstoename of verlies
Pijn
36. Buikpijn
37. Heuppijn
38. Brandende zenuwpijn
39. Pijn op de borst
40. Pijn in sleutelbeen pijn
41. Verspreide zwelling
42. Pijn in de elleboog
43. verergerde pijn in een voetboog of pijn in de hiel
44. Groeipijn die niet weg wil gaan als je eenmaal klaar bent met groeien
45. Hoofdpijn, spanning of migraine
46. Ontstoken rib kraakbeen
47. Gewrichtspijn
48. Gevoelige borsten
49. Ochtendstijfheid
50. Spierpijn
51. Spierspasmen
52. Spiertrekkingen
53. Spierzwakte
54. Pijn die varieert van matig tot ernstig
55. Pijn die beweegt rond het lichaam
56. Verlamming of ernstige zwakte van een arm of been
57. Rusteloze benen syndroom
58. Pijn in de ribben
59. Pijn op hoofdhuid (alsof er haar wordt uitgetrokken)
60. Pijn die op ischias lijkt
61. Gevoelige lichaamsdelen
62. TMJ syndroom, ofwel irritatie van het kaakgewricht
63. Stekende "voodoo pop" sensaties op willekeurige plaatsen
Neurologisch
64. Black-outs
65. Verwardheid
66. Carpaal tunnel syndroom
67. Problemen met concentreren
68. Hallucinaties in ruiken
69. Onvermogen om helder te denken
70. Duizeligheid
71. Lawaai intolerantie, gevoeligheid voor bepaalde frequenties van geluiden
72. Gevoelloosheid of tintelingen
73. Fotofobie (gevoeligheid voor licht)
75. Hyperventilatie (te snel of diep inademen, en vervolgens minder lang uitademen)
76. De sensatie alsof je zou kunnen flauwvallen
77. Flauwvallen door een flauwte
78. Tinnitus (constant piepend, brommend, of zoemend geluid in één of beide oren)
79. Vertigo of duizeligheid
Evenwicht en balans
80. Tegen dingen aan botsen
81. Onhandig wandelen
82. Moeilijkheid bij balanceren
83. Moeilijkheidsgraad bij het inschatten van afstanden (bij het rijden, enz.)
84. Directionele desoriëntatie
85. Vaak dingen laten vallen
86. Gevoel ruimtelijk gedesoriënteerd te zijn
87. Veelvuldig struikelen
88. Over hetgeen heen kijken waar je naar op zoek bent
89. Slechte balans en coördinatie
90. Duizelingwekkende gang van zaken
Slapen
91. Het meeste energie 's avonds laat
92. Veranderde schema van slaap en wakker worden
93. Vaak wakker worden tijdens het slapen
94. Kan soms moeilijk in slaap vallen
95. moeite om in slaap te blijven
96. Overmatig slapen
97. Extreme alertheid of diep in de nacht hoge niveaus van energie
98. In slaap vallen op willekeurige en soms gevaarlijke momenten
99. Vermoeidheid
100. Een Licht of gebroken slaappatroon
101. Spierkrampen 's nachts
102. Narcolepsie
103. Slaapstoornissen
104. Het gevoel te vallen op het moment dat je in slaap valt
105. Tandenknarsen
106. Woelen in bed
107. Een niet-verfrissende of niet-herstellende slaap
108. Verontrustende dromen / nachtmerries in de nacht
Ogen en zicht
109. Blinde vlekken in het gezichtsvermogen
110. Oogpijn
111. Moeite om de focus van het ene naar het andere over te schakelen.
112. Frequente veranderingen in het vermogen om goed te zien
113. Moeite met de controle over de auto en weg tijdens nachtrijden wegens slecht zicht
114. Incidenteel troebel zicht
115. Slechte nachtzicht
116. Snel verslechterend zicht
117. Veranderingen in zicht
Cognitief (handelingen, motorische vaardigheden)
118. Verdwaald raken in vertrouwde locaties tijdens het rijden
119. Verwarring
120. Moeite om ideeën in woorden te uiten
121. Moeite om het gesprek te volgen (vooral als er achtergrondgeluid aanwezig is)
122. Moeite om juiste richtingen te volgen tijdens het rijden
123. Moeite met het volgen van mondelinge instructies
124. Moeite met het volgen van schriftelijke instructies
125. Moeite met het nemen van beslissingen
126. Moeite om te spreken met je mond
127. Moeite om de aandacht ergens op te vestigen
128. Moeite om ideeën te combineren om een compleet beeld te vormen
129. Moeite om taken of dingen in de juiste volgorde te doen of zetten
130. Moeite met het herkennen van gezichten
131. Moeite met het uitspreken van bekende woorden
132. Moeite met het onthouden van namen van objecten
133. Moeite om namen van mensen te onthouden
134. Moeite om te begrijpen wat je leest
135. Moeite met het lange termijn geheugen
136. Moeite met eenvoudige berekeningen
137. Moeite met het korte termijn geheugen
138. Gemakkelijk worden afgeleid tijdens een taak
139. Af en toe Dyslexie achtige symptomen
140. Het gevoel gedesoriënteerd te rijden
141. Vergeten hoe je routine dingen goed moet doen
142. Verminderde concentratievermogen
143. Een onvermogen om een vertrouwde omgeving te herkennen
144. Vergeten wat de volgende stap ook alweer was, in het midden van een taak (herinneren wat te doen)
145. Het verliezen van je gedachtengang in het midden van een zin
146. Het verlies van het vermogen om bepaalde kleuren te onderscheiden
147. Een slecht beoordelingsvermogen
148. Korte termijn geheugenstoornis
149. Vertraagde spraak
150. Staren in de ruimte tijdens het proberen om na te denken
151. Stotteren, woorden of letters herhalen
152. Links en rechts per ongeluk omdraaien
153. Getallen, woorden en / of letters omdraaien of veranderen wanneer je spreekt
154. Getallen, woorden en / of letters omdraaien of veranderen als je schrijft
155. Moeite met kunnen concentreren
156. Het verkeerde woord gebruiken
157. Moeite om de juiste woorden te vinden
Emotioneel en gevoel
158. Abrupte en / of onvoorspelbare stemmingswisselingen
159. Woede uitbarstingen, woedeaanvallen
160. Angst of vrees wanneer er geen duidelijke oorzaak aan iets te wijzen is
161. Aanvallen van oncontroleerbare woede
162. Verminderde eetlust
163. Depressieve stemming
164. Hulpeloos en / of hopeloos voelen, ofwel depressie
165. Angst wanneer er iemand op de deur klopt
166. Angst voor een rinkelende telefoon
167. Het gevoel waardeloos te zijn “Ik ben waardeloos” zeggen
168. Regelmatig huilen
169. Verhoogde bewustzijn van de symptomen
170. Onvermogen om te genieten van activiteiten waar eerder van kon worden genoten
171. Irrationele angsten
172. Prikkelbaarheid
173. Overreactie
174. Angstaanvallen en paniekaanvallen
175. Persoonlijkheidsveranderingen – meestal een verslechtering van de vorige conditie
176. Fobieën
177. Zelfmoordpogingen
178. Suïcidale gedachten
179. De neiging om gemakkelijk te huilen
Gastro intestinale klachten
180. Buikkrampen
181. Opgeblazen gevoel
182. Verminderde eetlust
183. Hunkeren naar voedsel
184. Vaak last van constipatie
185. Vaak last van diarree
186. Gerd-achtige symptomen – Zuurbrand, gastro-esofagaal reflux
187. Brandend maagzuur
188. Toegenomen eetlust
189. Ophoping van darmgassen
190. Prikkelbare blaas
191. Prikkelbare darm syndroom
192. Misselijkheid
193. Regurgitatie (voedsel of vocht opboeren)
194. Buikklachten
195. Braken
196. Gewichtstoename
197. Gewichtsverlies
Urogenitaal
198. Verminderd libido (minder zin in seks)
199. Endometriose (een ziekte waarbij het endometrium ofwel baarmoederslijmvlies zich buiten de baarmoederholte bevind)
200. Vaak moeten plassen
201. Impotentie
De volledige lijst staat hier [url]http://www.hulpbijangst.nl/viewtopic.php?f=6&t=16924[/url]
Hij zegt van de meeste op de lijst genoemde klachten zelf ook last te hebben. Nadat de diagnose is gesteld zijn de klachten blijkbaar ook toegenomen.
Nu zeg ik niet dat ie niets mankeert maar hij is sinds de diagnose wel heel erg blij en hij wil dat ik mee naar een of andere cursus ga hoe om te gaan met partners die fibromyalgie hebben pffff
Moet ik nu werkelijk naar een cursus om met fibromyalgie pantienten om te gaan?
Sorry voor lange verhaal
kusx
Hij schoof mij onderstaande lijst onder de neus met daarbij dat is wel wat anders dan ms he! :(
2. Koude handen en voeten
3. Hoesten, kuchen
4. Trek in koolhydraten
5. Vertraagde reactie op fysieke activiteit of stressvolle gebeurtenissen
6. droogheid van de ogen en / of mond
7. Oedeem
8. Familielid (of leden) met Fibromyalgie
9. Vermoeidheid, verergerd door lichamelijke inspanning of stress
10. Vaak een koud gevoel
11. Vaak een warm gevoel
12. Frequent zuchten
13. Hartkloppingen
14. Heesheid
15. Hypoglycemie (bloedsuikerspiegel daalt of is laag)
16. Verhoogde dorst, trek in vocht
17. Lage bloeddruk (onder 110/70)
18. Lage lichaamstemperatuur (onder 36.)
19. Milde koorts
20. Nachtelijk zweten, transpireren tijdens de slaap
21. Gewrichten maken geluid, zoals knarsen of knakken - met of zonder pijn
22. Slechte bloedcirculatie in handen / voeten
23. Overvloedig zweten
24. Terugkerende griepachtige ziekte
25. Kortademigheid met weinig of geen inspanning
26. Ernstige neusallergieën (nieuwe of verergering van allergieën)
27. Keelpijn
28. Subjectieve zwelling van ledematen - (voelt gezwollen, de huisarts kan niets vinden)
29. Natte lichaamsdelen door het zweten
30. De symptomen worden verergerd door vliegreizen
31. De symptomen worden verergerd door stress
32. De symptomen verergeren door temperatuurveranderingen
33. Gevoelige of opgezwollen lymfeklieren, vooral in de hals en oksels
34. Tremor (spiertrekjes) of beven
35. Onverklaarbare gewichtstoename of verlies
Pijn
36. Buikpijn
37. Heuppijn
38. Brandende zenuwpijn
39. Pijn op de borst
40. Pijn in sleutelbeen pijn
41. Verspreide zwelling
42. Pijn in de elleboog
43. verergerde pijn in een voetboog of pijn in de hiel
44. Groeipijn die niet weg wil gaan als je eenmaal klaar bent met groeien
45. Hoofdpijn, spanning of migraine
46. Ontstoken rib kraakbeen
47. Gewrichtspijn
48. Gevoelige borsten
49. Ochtendstijfheid
50. Spierpijn
51. Spierspasmen
52. Spiertrekkingen
53. Spierzwakte
54. Pijn die varieert van matig tot ernstig
55. Pijn die beweegt rond het lichaam
56. Verlamming of ernstige zwakte van een arm of been
57. Rusteloze benen syndroom
58. Pijn in de ribben
59. Pijn op hoofdhuid (alsof er haar wordt uitgetrokken)
60. Pijn die op ischias lijkt
61. Gevoelige lichaamsdelen
62. TMJ syndroom, ofwel irritatie van het kaakgewricht
63. Stekende "voodoo pop" sensaties op willekeurige plaatsen
Neurologisch
64. Black-outs
65. Verwardheid
66. Carpaal tunnel syndroom
67. Problemen met concentreren
68. Hallucinaties in ruiken
69. Onvermogen om helder te denken
70. Duizeligheid
71. Lawaai intolerantie, gevoeligheid voor bepaalde frequenties van geluiden
72. Gevoelloosheid of tintelingen
73. Fotofobie (gevoeligheid voor licht)
75. Hyperventilatie (te snel of diep inademen, en vervolgens minder lang uitademen)
76. De sensatie alsof je zou kunnen flauwvallen
77. Flauwvallen door een flauwte
78. Tinnitus (constant piepend, brommend, of zoemend geluid in één of beide oren)
79. Vertigo of duizeligheid
Evenwicht en balans
80. Tegen dingen aan botsen
81. Onhandig wandelen
82. Moeilijkheid bij balanceren
83. Moeilijkheidsgraad bij het inschatten van afstanden (bij het rijden, enz.)
84. Directionele desoriëntatie
85. Vaak dingen laten vallen
86. Gevoel ruimtelijk gedesoriënteerd te zijn
87. Veelvuldig struikelen
88. Over hetgeen heen kijken waar je naar op zoek bent
89. Slechte balans en coördinatie
90. Duizelingwekkende gang van zaken
Slapen
91. Het meeste energie 's avonds laat
92. Veranderde schema van slaap en wakker worden
93. Vaak wakker worden tijdens het slapen
94. Kan soms moeilijk in slaap vallen
95. moeite om in slaap te blijven
96. Overmatig slapen
97. Extreme alertheid of diep in de nacht hoge niveaus van energie
98. In slaap vallen op willekeurige en soms gevaarlijke momenten
99. Vermoeidheid
100. Een Licht of gebroken slaappatroon
101. Spierkrampen 's nachts
102. Narcolepsie
103. Slaapstoornissen
104. Het gevoel te vallen op het moment dat je in slaap valt
105. Tandenknarsen
106. Woelen in bed
107. Een niet-verfrissende of niet-herstellende slaap
108. Verontrustende dromen / nachtmerries in de nacht
Ogen en zicht
109. Blinde vlekken in het gezichtsvermogen
110. Oogpijn
111. Moeite om de focus van het ene naar het andere over te schakelen.
112. Frequente veranderingen in het vermogen om goed te zien
113. Moeite met de controle over de auto en weg tijdens nachtrijden wegens slecht zicht
114. Incidenteel troebel zicht
115. Slechte nachtzicht
116. Snel verslechterend zicht
117. Veranderingen in zicht
Cognitief (handelingen, motorische vaardigheden)
118. Verdwaald raken in vertrouwde locaties tijdens het rijden
119. Verwarring
120. Moeite om ideeën in woorden te uiten
121. Moeite om het gesprek te volgen (vooral als er achtergrondgeluid aanwezig is)
122. Moeite om juiste richtingen te volgen tijdens het rijden
123. Moeite met het volgen van mondelinge instructies
124. Moeite met het volgen van schriftelijke instructies
125. Moeite met het nemen van beslissingen
126. Moeite om te spreken met je mond
127. Moeite om de aandacht ergens op te vestigen
128. Moeite om ideeën te combineren om een compleet beeld te vormen
129. Moeite om taken of dingen in de juiste volgorde te doen of zetten
130. Moeite met het herkennen van gezichten
131. Moeite met het uitspreken van bekende woorden
132. Moeite met het onthouden van namen van objecten
133. Moeite om namen van mensen te onthouden
134. Moeite om te begrijpen wat je leest
135. Moeite met het lange termijn geheugen
136. Moeite met eenvoudige berekeningen
137. Moeite met het korte termijn geheugen
138. Gemakkelijk worden afgeleid tijdens een taak
139. Af en toe Dyslexie achtige symptomen
140. Het gevoel gedesoriënteerd te rijden
141. Vergeten hoe je routine dingen goed moet doen
142. Verminderde concentratievermogen
143. Een onvermogen om een vertrouwde omgeving te herkennen
144. Vergeten wat de volgende stap ook alweer was, in het midden van een taak (herinneren wat te doen)
145. Het verliezen van je gedachtengang in het midden van een zin
146. Het verlies van het vermogen om bepaalde kleuren te onderscheiden
147. Een slecht beoordelingsvermogen
148. Korte termijn geheugenstoornis
149. Vertraagde spraak
150. Staren in de ruimte tijdens het proberen om na te denken
151. Stotteren, woorden of letters herhalen
152. Links en rechts per ongeluk omdraaien
153. Getallen, woorden en / of letters omdraaien of veranderen wanneer je spreekt
154. Getallen, woorden en / of letters omdraaien of veranderen als je schrijft
155. Moeite met kunnen concentreren
156. Het verkeerde woord gebruiken
157. Moeite om de juiste woorden te vinden
Emotioneel en gevoel
158. Abrupte en / of onvoorspelbare stemmingswisselingen
159. Woede uitbarstingen, woedeaanvallen
160. Angst of vrees wanneer er geen duidelijke oorzaak aan iets te wijzen is
161. Aanvallen van oncontroleerbare woede
162. Verminderde eetlust
163. Depressieve stemming
164. Hulpeloos en / of hopeloos voelen, ofwel depressie
165. Angst wanneer er iemand op de deur klopt
166. Angst voor een rinkelende telefoon
167. Het gevoel waardeloos te zijn “Ik ben waardeloos” zeggen
168. Regelmatig huilen
169. Verhoogde bewustzijn van de symptomen
170. Onvermogen om te genieten van activiteiten waar eerder van kon worden genoten
171. Irrationele angsten
172. Prikkelbaarheid
173. Overreactie
174. Angstaanvallen en paniekaanvallen
175. Persoonlijkheidsveranderingen – meestal een verslechtering van de vorige conditie
176. Fobieën
177. Zelfmoordpogingen
178. Suïcidale gedachten
179. De neiging om gemakkelijk te huilen
Gastro intestinale klachten
180. Buikkrampen
181. Opgeblazen gevoel
182. Verminderde eetlust
183. Hunkeren naar voedsel
184. Vaak last van constipatie
185. Vaak last van diarree
186. Gerd-achtige symptomen – Zuurbrand, gastro-esofagaal reflux
187. Brandend maagzuur
188. Toegenomen eetlust
189. Ophoping van darmgassen
190. Prikkelbare blaas
191. Prikkelbare darm syndroom
192. Misselijkheid
193. Regurgitatie (voedsel of vocht opboeren)
194. Buikklachten
195. Braken
196. Gewichtstoename
197. Gewichtsverlies
Urogenitaal
198. Verminderd libido (minder zin in seks)
199. Endometriose (een ziekte waarbij het endometrium ofwel baarmoederslijmvlies zich buiten de baarmoederholte bevind)
200. Vaak moeten plassen
201. Impotentie
De volledige lijst staat hier [url]http://www.hulpbijangst.nl/viewtopic.php?f=6&t=16924[/url]
Hij zegt van de meeste op de lijst genoemde klachten zelf ook last te hebben. Nadat de diagnose is gesteld zijn de klachten blijkbaar ook toegenomen.
Nu zeg ik niet dat ie niets mankeert maar hij is sinds de diagnose wel heel erg blij en hij wil dat ik mee naar een of andere cursus ga hoe om te gaan met partners die fibromyalgie hebben pffff
Moet ik nu werkelijk naar een cursus om met fibromyalgie pantienten om te gaan?
Sorry voor lange verhaal
kusx